“We moeten echt iets doen aan het urgentiebesef hier.”
Dat horen we vaak. Leidinggevenden die vinden dat hun team de verandering niet serieus genoeg neemt. Te weinig urgentie.
En dan bellen ze ons. Om beweging te creëren met de “Zo ben ik nu eenmaal-show”. Want lachen om herkenbare situaties en personagetypes, dat helpt. Maar voordat we iets gaan doen, stellen we altijd eerst een paar vragen:
- Voor welke verandering is er precies te weinig urgentie?
- En: Is dat voor iedereen dezelfde verandering?
Want wat blijkt vaak:
De ene groep wil dringend vernieuwen, terwijl de andere nog bezig is met de restjes van de vorige transitie. Waar jij misschien ‘snakt’ naar meer focus op de strategische doelen, snakken medewerkers misschien wel naar een beter koffiezetapparaat.
Iedereen voelt urgentie. Alleen lang niet altijd voor hetzelfde. En juist dáár gaat het mis.
Wie bepaalt wat urgent is?
Urgentie is niet objectief. Het is geen universeel meetbare grootheid. Het is gevoelde noodzaak, en die kan voor jou totaal anders zijn dan voor je collega, je partner of je buurvrouw.
Om dat helder te maken, nemen we je mee in drie voorbeelden, uit de maatschappij, van thuis, en op het werk. Niet om dingen groter te maken dan ze zijn, maar om te laten zien:
Het gaat niet om ‘jouw’ verandering versus ‘de mijne’, maar om wat we samen kunnen doen, ook als we verschillende motieven hebben.
1. Maatschappelijk: crisis kapen
Wie bepaalt eigenlijk wat er op de nationale agenda komt?
De boer op zijn trekker, de klimaatactivist op de snelweg, de tegenstander van een asielzoekerscentrum, de antiracist met een spandoek. Ze willen allemaal hetzelfde: aandacht, urgentie en een plek op de agenda.
Een paar jaar geleden leek het bijna een wedstrijd: crisis kapen. Want wie z’n probleem tot ‘crisis’ uitroept, krijgt actie, budget en politieke aandacht. Maar er lijkt maar plek voor een crisis tegelijk. Toch? “Asielcrisis!” riep de ene helft van het land, “Klimaatcrisis!” riep de andere helft.
En in plaats van elkaar zorgen serieus te nemen, trekken we elkaar gevoel van urgentie onderuit. Waanzin. Hysterie. Overdreven. En zo praten we niet meer over oplossingen, maar alleen over wie de echte crisis heeft. Gevolg? Er gebeurt… helemaal niets.
Wat nou als we zeggen: Jouw probleem is echt. En het mijne ook. En dat we samen kijken wat wel kan:
“Oke, ik hoef m’n gehaktbal nog niet in te leveren, maar ik wil best lobbyen voor zonnepanelen.”
“Oke, ik stop met snelwegen blokkeren, maar jij neemt mijn zorgen wel serieus.”
Zo ontstaat beweging. Niet door gelijk te krijgen, maar door samen iets in gang te zetten.
2. Huiselijk: strijd om de wasmand
Ook thuis kent iedereen het: de botsing tussen twee soorten urgentie. Mijn man wil een opgeruimd huis, ik wil een duurzaam leven. Voor allebei is het belangrijk, maar niet op hetzelfde moment. Jarenlang voerden we discussies: Welke transitie is belangrijker? Wie moet zijn leven aanpassen aan wie?
Inmiddels zijn we er uit: We worden het nooit helemaal eens, maar we kunnen wel iets voor elkaar overhebben.
- Hij helpt met afval scheiden
- Ik doe vaker de was
- We eten twee keer per week vegetarisch
Niet perfect. Wel samen. Het gaat niet om volledige overeenstemming, maar om wederzijds begrip. Niet alles, maar meer dan je ooit in je eentje voor elkaar krijgt.

3. Op het werk: Tilly’s team
Tilly, een manager uit onze “Zo ben ik nu eenmaal-show”, vindt de overstap naar zelfsturende teams totaal niet urgent. Ze zegt: “Mijn teams zijn daar nog niet klaar voor.” Maar daaronder voelt ze vooral bedreiging: Hoe behoud ik dan nog grip? Gaat het niet mis als ik loslaat?
Niet gek dus dat het onderwerp, dat door directeur Dries en veranderguru Jack met veel bombarie bovenaan de agenda wordt geplaatst – Bij Tilly onderaan haar to-do lijst belandt.
Ondertussen roept Tilly al jaren om meer structuur rondom klanttevredenheid. Zij vindt dat urgent. Ze roept het al jaren “We verliezen hier klanten door!” Maar de directie hoort haar niet. En dan gebeurt het: Zolang jij niet naar mij luistert, luister ik niet naar jou. Deadlock. Geen beweging. Tot we beide kanten helpen erkennen: jij voelt urgentie voor dit, de ander voor dat.
Beide zijn waar. Beide zijn echt.
En dan de vraag: wat kun jij doen voor een ander, ook al is het niet jouw hoogste prioriteit? En wat kun je zelf al doen, zonder dat je eerst toestemming krijgt?
Zo ontstaat beweging. En wederkerigheid. Of zoals wij zeggen: voor wat, hoort wat.

Slotvraag
Dus, merk je dat anderen jouw verandering niet serieus nemen? Stel jezelf dan eens de vraag:
- Wat zou ik doen als ik er alleen voor stond?
- Waar zou ik beginnen, zonder op anderen te wachten
- En: welke kleine moeite kan ik voor de ander doen, om te laten zien dat ik zijn of haar verandering ook serieus neem?
Want urgentie is niet iets wat je kunt opleggen. Maar wel iets wat je kunt delen, en dat besmettelijk werkt.
Inmiddels heeft de opruimdrift van mijn man mij aangestoken, en is mijn duurzaamheidsdrang allang niet meer alleen van mij. Het is iets van ons samen geworden, juist doordat we het niet zo krampachtig samen probeerden te doen.
Benieuwd hoe je de urgentie in jouw organisatie zichtbaar en bespreekbaar maakt?
Plan een vrijblijvend adviesgesprek met Studio Spaak. Wij helpen je met lucht, lef en humor een beweging op gang te brengen.